Verhaal 13

<< Terug naar de inhoudsopgave
“Ja, zeg het maar.” uhhh… ikhou van je?…

“Zeg het maar…” Wat is dat nu weer. Moet ik plotseling iets zeggen? Dat ben ik niet gewent. Normaal zegt Lida het. Daar komt nog bij dat ik niet van praten hou. Ik praat namelijk in mijn hoofd niet met mijn mond. Als mij dan toch wordt gevraagd om iets te zeggen dan sta ik met de mond vol tanden. Praten, hoe doe je dat?

Van praten word je moe. Je krijgt een droge keel. Je stembanden slijten. Je kaakspieren raken overbelast. “Dan moet je daaraan worden behandeld. En de zorg is al overbelast…” Te veel praten is dus niet gezond…

Ik ‘denk’ dat ik hier alles over heb gezegd. Of schiet er toch nog iets in ‘mijn gedachten’?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *